Mijn eigen huis is niet alleen mijn directe omgeving, maar is ook mijn eigen lijf en dat zijn ook mijn eigen emoties en handelingen. Als ik daar geen liefde en mededogen voor op kan brengen en mijzelf veroordeel om de dingen die ik denk of doe hoe zal ik dan tolerant naar mijn omgeving kunnen zijn? Dan heb ik al genoeg ruimte nodig om zelf te kunnen overleven met mijn eigen problemen.
Heel vroeger dacht ik dat het betekende dat ik me met allerlei liefdadigheid bezig moest houden en me in moest zetten voor alles wat ik wel of zelfs nog niet kon. Dat maakte veel frustratie los als ik niet aan mijn opgelegde zelfbeeld beantwoordde en het zorgde er juist voor dat ik in mijn naaste omgeving niet altijd even vriendelijk kon zijn.
Niet dat ik het nu allemaal wel doorheb en vriendelijk naar mijzelf ben en dus ook naar mijn omgeving, maar de discipline en opmerkzaamheid uit het vorige blogje komen me zeer van pas om steeds weer zowel met vriendelijkheid naar mezelf als naar de ander te kijken.
Zo langzamerhand begint het me eigen te worden om daar waar ik ben ook te zijn en hopelijk zoveel mogelijk met een stabiel emotioneel gevoel dat redelijk snel terug kan koppelen naar vriendelijkheid. Daar begint het werken aan spiritualiteit voor mij. Daar speelt mijn leven zich af. Ik hoef het niet te ver buiten mijzelf te zoeken, want daar ben ik niet. De mens die ik ontmoet hoop ik altijd vriendelijk vanuit een liefdevol hart te kunnen benaderen. Dat alleen al kost opmerkzaamheid genoeg. Het is de basis voor mijn bestaan in onderlinge afhankelijkheid.
En natuurlijk als ik groot en sterk ben :-), is er vast een mogelijkheid zodat die basis zich uit kan breiden. Het is voor mij belangrijk om dat in de gaten te houden, maar tot nog toe ben ik niet anders dan waar ik ben en dat is goed genoeg.
Ook een kleine bij levert een waardevolle bijdrage aan het geheel .