Uit mijn dagboek 2009
Mijn darmen zijn nog niet op orde, maar de koorts is gezakt en de heftige krampen zijn verdwenen. Nog steeds verdraagt hij geen ontlasting en als dat de ontstoken plek bereikt is het zeer pijnlijk. Nadat ik naar het toilet ben geweest keert de rust weer iets terug.
Vanmorgen op bed heb ik niet meer geslapen en al denkend leek ik even contact te maken met een bijna schizofreen gevoel. Misschien mede ingegeven door de koorts van de laatste dagen maar toch, verwonderlijk hoe het mogelijk is verstrikt te raken in het eigen denken.
Ik merkte hoe mijn gerichtheid overal doorheen werkte. Hoe het bijna onmogelijk was wanneer je lichamelijk pijn hebt, daar los van te komen en te ervaren dat je niet alleen maar je lichaam bent. Plotseling zag ik mijn eigen gerichtheid overal in doorrazen terwijl ik dacht los te laten om dan in de volgende handeling van het denken vrij te kunnen zijn, bleek dat een volkomen misvatting te zijn, want ook daarin herkende ik mijn eigen kleingeestigheid en denken weer.
Ik draaide zo in een kringetje rond, ik merkte dat ik verwarde en vreemde gedachten kreeg die al min of meer aanwezig waren. Ik veronderstelde dat als het zo doorging of doorslaan, zou eindigen in schizofrene verwardheid. Want ik moet me toch ergens aan vast kunnen houden aan mezelf en aan mijn eigen logisch denken en toch gebeuren er rare dingen in mijn geest. Dan graai ik steeds meer verward om mij heen naar houvast.
Het is vreselijk als er dan geen vangnet is.
Toen herinnerde ik me waar ik me op kan richten , wat ik heb geleerd in meditatie en ervaring omdat ik door ervaringen daar vertrouwen in heb leren en kunnen vinden:
Tot aan de verlichting neem ik toevlucht tot Boeddha, Dharma en Sangha.
Ik merkte, nadat ik deze eenvoudige en door mij gekende woorden verschillende malen herhaalde plus de vervolg regels, hoe de rust in me weerkeerde en de herinnering zijn werk deed. Hoe mijn buik zich ontspande en alles wat er is op zijn plaats viel.
Die herinnering en de doorleving daarvan, is toch de kern van de zaak.Vanuit die positie keert de rust terug. Zijn alle handelingen- handelingen zijn alle woorden- woorden en al het denken- denken. Niet meer en niet minder dan dat.
Zolang alles wat ik doe en kan volkomen afhankelijk is van oorzaken en gevolgen en ik daar zelf nog zo weinig begrip en weet van heb, is een vangnet onontbeerlijk. Ik kan nog zo veronderstellen zelf de touwtjes in handen te hebben, maar schijn bedriegt.
Vanuit het loslaten of vanuit de overgave ( In het christendom gaat het om overgave.) , kan er een heel ander perspectief ontstaan en een motivatie van waaruit alle handelingen bepaald worden door de gerichtheid op de motivatie waarom ik doe wat ik wil doen, leef zoals ik wil leven en aandachtig en opmerkzaam wil zijn.