Naarmate ik ouder word komen er steeds meer herinneringen naar boven. Als kind heb je nog niet zoveel herinneringen en doe je er ook niet zoveel mee. Het leven ligt nog voor je en je denkt meer aan de toekomst dan aan het verleden. Ik herinner me dat ik het liefste ouder wilde zijn toen ik jong was. Zelfs toen mijn eerste kind geboren was, daarvan herinner ik me dat ik er vol spanning op wachtte dat hij wat groter zou zijn en ik was altijd weer heel nieuwsgierig naar hoe dat dan zou zijn. Wat hij dan allemaal wel zou kunnen, wat hij op het moment dat ik dat dacht, nog niet kon.
Die tijd licht intussen ver achter me en nu herinner ik me steeds meer van mijn kindertijd. Ook de manier waarop ik toen in het leven stond, wordt me steeds duidelijker. Ik leefde werkelijk in het moment en nam niet zoveel ballast mee. Als ik blij was was ik blij en als ik bang was was ik bang. Vooruit denken en zorgen over..., was niet aan de orde.
Ook begin ik het steeds leuker te vinden om oude foto's op te zoeken en soms vind ik het jammer dat ik niet meer weet van de personen die erop staan. Ze komen allemaal uit de albums van mijn ouders die ik na hun overlijden in mijn bezit heb. Veel weet ik gelukkig wel, maar hier en daar mis ik wat informatie.
Deze foto is wel duidelijk. Het is een trouwfoto van mijn ouders die twee jaar voor de oorlog uitbrak in het huwelijk traden. De meeste familieleden staan erop. Mijn Opoe en Oma, mijn grootvader die ik nooit kende en de ooms en tantes die allemaal het leven verlaten hebben.
De vergankelijkheid is een wonderbaarlijk verschijnsel dat veel mogelijkheden in zich heeft die gepaard gaan met zowel vreugde als verdriet.
Door de vergankelijkheid is er verandering mogelijk. Het zou niet best zijn als er geen verandering mogelijk was. Het leven zou niet geleefd kunnen worden.
Zo gaat het, alles wat nu het heden is, wordt ooit het grijs verleden. Rare gedachte, maar zo waar.